';
Herkomst |
Ze behoren tot de familie van de Atyidae of kreeftachtigen. Het is een kweekvorm, waarvan de oorspronkelijke vorm nog in de natuur voorkomt. Ze leven in Azië, meer bepaald in China, Korea en Taiwan. De kweekvorm is vooral veel feller rood gekleurd dan diegene in de natuur. |
Levensverwachting |
Onder de juiste omstandigheden worden ze ongeveer 2 jaar oud. |
Afmetingen |
Ze worden gemiddeld zo’n 2 tot 3cm lang. Als ze groeien, zullen ze vervellen. Het is belangrijk dat ze vervellen, anders kunnen ze sterven. Als ze hun vel of exoskelet achterlaten, is het belangrijk om dat te laten liggen. Ze zullen dit dan ook (deels) opeten voor de mineralen en andere voedingsstoffen. |
Uiterlijk |
Ze hebben de typische kenmerken van de vele garnalen-soorten. Ze hebben 4 voelsprieten vooraan hun kop, 1 korter en 1 langer paar. Ze hebben iets dat lijkt op een spitse “neus” en hun ogen staan aan het uiteinde van hun oogstengels. Ze hebben 3 paar korte pootjes net onder hun mond om eten mee te verzamelen, 4 paar poten onder het kop/borst-deel van hun lichaam om mee te “lopen” en verder nog 5 paar poten onder hun buik om mee te “zwemmen”. En tenslotte is er nog hun staart, waardoor ze hun kenmerkende lichaamsvorm krijgen. |
Kleuren |
Deze kleine garnalen worden al in vele kleuren gekweekt. Hun kleur kan van lichtroze tot dieprood variëren, maar er bestaan bijvoorbeeld ook gele, blauwe en rood/witte exemplaren. |
Geslachts-onderscheid |
De vrouwtjes zijn donkerder en feller gekleurd als de soms bijna transparante mannetjes. Ze worden meestal ook net iets groter dan de mannetjes. En tenslotte kan je bij de vrouwtjes soms de eitjes zien hangen onderaan hun lichaam, tussen hun pootjes. |
Aquarium |
Het zijn sociale scholenvissen, die met een grote groep in een mooi beplant, garnalen-aquarium kunnen gehouden worden. Of in een gezelschapsaquarium samen met kleine, niet-agressieve visjes (zoals neon tetra’s), dwerg algeneters en slakken. Combineer ze nooit met grote vissen zoals goerami’s of maanvissen, omdat die hen als voedsel zullen aanzien. Let ook op voor de combinatie van verschillende kleuren/soorten, deze zouden kunnen kruisen en minder mooie jongen voortbrengen. Een aquarium van minimaal 10L of meer is aan te raden voor een schooltje van 5 of meer dwerggarnalen. Voor de inrichting van het aquarium kunnen planten, rotsen, hout of andere decoratie gebruikt worden. Maar zeker ook planten, vooral fijn-bladige planten en mossen, worden geapprecieerd. Het zijn visjes die zich graag tussen de planten zullen verstoppen. Op de bodem kan er best zand of heel fijn grind gebruikt worden. Tip: gebruik donker zand of grind, dit geeft minder stress aan de vissen en hun kleuren komen mooier uit. |
Temperatuur |
De ideale temperatuur is 24 à 25°C, maar mag tussen 18 en 27°C liggen. |
Waterwaarden |
Aan te raden is een pH van 6 à 8, een GH van 5 tot 19° DH, een KH tussen 3 en 14° Dh, geen nitriet (NO2), geen tot bijna geen nitraat (NO3 < 1mg/l) en geen Chloor. |
Verzorging |
Het houden van deze kleine garnalen eist weinig of geen ervaring en ze kunnen makkelijk gehouden worden. Ververs wekelijks 10% van het aquariumwater en voeg waterconditioner en goede, levende bacteriën toe om een goede waterkwaliteit te garanderen. Voor de filtering kan er best gebruik gemaakt worden van een mechanische - of een op lucht aangedreven sponsfilter. Let zeker op met te sterke binnen- of buitenfilters, waar de garnaaltjes tegen gezogen kunnen worden en bijgevolg sterven. Ze voelen zich het best in een aquarium met een goede belichting, een beetje extra beluchting en veel verstopplekjes tussen de planten en andere decoratie. Ze worden best in een groep van minimaal 5 à 10 stuks gehouden. Liever zelfs meer, hoe groter de school, hoe beter voor de vissen en vooral hoe mooier. |
Kweken |
Het kweken met kersgarnaaltjes is eenvoudig. Als je een mooi, groot schooltje in een aquarium met voldoende schuilmogelijkheden zet, dan is de kans heel groot dat ze zullen kweken en de jongen ook zullen opgroeien. Een worp kan tot 50 eitjes bevatten en deze zullen zich na de bevruchting aan het lichaam van de moeder hechten, waar ze na ongeveer 3 tot 4 weken uitkomen (afhankelijk van de watertemperatuur). De jongen zijn 2 à 3mm groot en eten direct heel fijn voedsel. Na ongeveer 3 maand zijn ze al geslachtsrijp, vaak na een temperatuurschommeling. |
Voeding |
Het zijn een echte alleseters. Ze eten droogvoer zoals vlokken, granulaat en voedertabletten en diepvriesvoer. Plantaardige voeding mag zeker niet ontbreken, geef regelmatig voeding met spirulina en algentabletten. Er bestaan ook speciale garnalenpelletjes. Ze eten ook algen en organische resten die ze op de bodem vinden, het zijn goede “opkuisers” in het aquarium. Als snack kan je ze zo nu en dan een stukje komkommer en gekookte spinazie bladeren of broccoli aanbieden. Een zo veelzijdig mogelijk dieet zorgt voor gezonde vissen met mooie kleuren! |