';
KaRo roodkopamandine

Zoom in

Artikelnummer: 1
Amandina erythrocephala

Roodkopamandine - Amandina erythrocephala

Herkomst

Deze Afrikaanse prachtvinken leven in Angola, Zimbabwe en Zuid-Afrika.

Ze leven in grote groepen in droge, licht beboste gebieden, met veel struikgewas, aan de randen van woestijnen.

Afmetingen

Gemiddeld 13 à 14cm.

Uiterlijk

De mannetjes hebben zoals de naam al doet vernoemen een rode kop.

Hun grijs/witte keelband gaat mooi over in de ook kenmerkende grijs en witte parelvormige schubtekening die ze op hun borst en buik hebben.

En daaronder zijn ze wit tot aan de staart. De rug is grijsbruin, ook de vleugels zijn grijsbruin maar met enkele witte parels. De staart is licht bruingrijs met wit onderaan en donkerder bruingrijs met zwart bovenaan.

Ze hebben roze pootjes en een lichte snavel.

Geslachts verschil

Het verschil tussen man en pop is duidelijk.

De mannetjes hebben een rode kop en de popjes niet.

De mannetjes zijn algemeen veel feller van kleur, veel duidelijker getekend (meer contrast). De popjes daarentegen zijn minder opvallend getekend en minder fel van kleur, veel matter, veel bruiner.

Huisvesting

Ze kunnen perfect zowel in een sierkooi in huis als in een groepsvolière gehouden worden. ’s Winters kunnen ze in een buitenvolière blijven, maar voldoende beschutting en een tocht- en vorstvrij nachthok is noodzakelijk.

Het zijn zachtaardige vogeltjes die makkelijk samen met andere exoten, kanaries en inlandse vogels kunnen gehouden worden.

Meerdere koppels roodkopamandines in 1 volière is geen probleem.

Let wel op in combinatie met bandvinken in de volière kunnen de soorten makkelijk kruisen.

Broedvoorzieningen

Een halfopen of een gesloten exoten-nestkastje, een tralienestkaste, een pitriet/kokos exotenkorf of een exoten berkenblok voldoen allemaal.

Verder voldoende nestmateriaal voorzien: katoen-sisal-jute-dierlijk haar.

Kweek

Het popje legt gemiddeld 4 tot 6 eitjes, deze worden door beide ouder uitgebroed. Ze starten met broeden vanaf het 4e eitje en ze broeden gedurende 12 à 13 dagen. Beide ouders voeden de jongen en als ze na ongeveer 3 à 4 weken uitvliegen worden ze nog zo’n 2 weken (bij)gevoed.

Op de leeftijd van3 tot 4 maand zijn ze volledig op kleur.

Een gezond koppel kaan maximaal 3 nesten per jaar grootbrengen.

Voeding

Het hoofdvoer is een zadenmengeling voor tropische vogels, aangevuld met Japanse millet, wilde zaden, trosgierst en groenvoer (appel, witloof, broccoli, wortel). Voorzie altijd grit, maagkiezel en sepia.

Vooral tijdens de kweekperiode mogen eivoer, insectenpaté en levend voer zeker niet op het menu ontbreken.

Bijzonderheden

Ze nemen graag een bad, dus voorzie een bad met liefst dagelijks vers badwater.